Op zoek naar het geheim van de Piemonte

Deel I: Nebbiolo, de druif die boven de mist zweeft.

Op zoek naar het geheim van de Piemonte

Het is de thuis van 4,4 miljoen Italianen. Herbergt de wereldstad Turijn en truffelstad Alba. Openbaart glooiende heuvels en blinkende meren van Alpen tot Apennijnen. Is de bakermat van zowel de staat Italië als van de Italiaanse keuken. Met Toscane wedijvert het om de titel van beste wijnregio. In deze reeks gaan we op zoek naar de magie van de Piemonte.

Deel I: Nebbiolo, de druif die boven de mist zweeft.

Nebbiolo hoort bij de Piemonte zoals Malbec bij Argentinië, hamburgers bij voetbal en Oscars bij de film. Enfin, u begrijpt wat we bedoelen. Nebbiolo en Piemonte maken elkaar groot. 

De bijzondere blauwe druif ligt dan ook aan de basis van de meest gerenommeerde exportproducten uit deze regio: Barolo en Barbaresco wijnen. In waarde - dus niet in volume - neemt Piemonte alleen al zo’n 16 % van de Italiaanse wijnexport voor zijn rekening. Daar zit het koningskoppel van de Italiaanse wijn, zoals Barolo en Barbaresco wel eens worden genoemd, voor veel tussen.

Druiven in de mist

De verwijzing naar wijn met de naam ‘nibiol’ duikt naar verluidt al op in een plaatselijk document uit 1266. Ook al staat dit geschiedkundig niet helemaal vast, de hardnekkigheid van het weetje onderstreept de innige band tussen druif en regio. 

Vast staat wel dat wijn gemaakt van Nebbiolo al in de 13de eeuw populair was in de Piemonte. Een wijnstok van de Nebbiolo beschadigen of uitspitten kwam je hier op een fikse boete te staan.

Als we opnieuw naar het woord zelf kijken, dan zien we gelijkenissen met het Engelse ‘nebula’ en zelfs het Nederlandse ‘nevel’. Nebbiolo verwijst inderdaad naar mist. Hoe die vork precies aan de steel zit, is niet zeker. Twee hypotheses steken daarbij boven alle andere uit. 

De meest waarschijnlijke verklaring verwijst naar de witte schijn die kenmerkend is voor de Nebbiolo, alsof over elke tros rijkelijk poedersuiker werd gestrooid. Een andere vaak gehoorde uitleg legt de link met de mistige weersomstandigheden die de Piemonte domineren tijdens de oogst. De Nebbiolo rijpt immers erg laat, vaak pas midden oktober. Dat is zo’n drie weken nadat andere lokale druiven zoals de Dolcetto en Barbera plukklaar zijn.

Of de mist nu de naam van de druif verklaart of niet, vast staat wel dat dit weerfenomeen invloed heeft op de typische smaak van de Nebbiolo. Ten eerste leidde de chronische mist ertoe dat de wijngaarden van de Nebbiolo-druif op grotere hoogte worden gezet - om voldoende zonuren te sprokkelen in september en oktober én om schimmelvorming door vochtigheid te vermijden.

Hoogte en mist zorgen samen bovendien voor middelmatige temperaturen. Het suikergehalte in de Nebbiolo neemt daarom slechts gestaag toe. Die geduldige rijping is dan weer het geheim achter de fenomenale aroma’s van Nebbiolo wijnen.

Eenzaat of telg van een familie?

Wie weet blijft de herkomst van de naam ‘Nebbiolo’ voor eeuwig een mysterie. Feit is dat de druif ook onder andere namen bekend staat, al geeft dat dan weer aanleiding tot hevige discussies over klonen, vertakkingen en varianten. Dit is en blijft Italië natuurlijk, waar veel misbaar wordt gemaakt over de geschiedenis en herkomst van alles wat met tafelen te maken heeft.

Eén synoniem is bijvoorbeeld de Valtellina, de ‘Nebbiolo van de Alpen’. De gelijknamige vallei bevindt zich net over de grens van Piemonte met Lombardije. Men spreekt van Prunent of Prünent in Val d'Ossola bij het Lago Maggiore en van Spanna in de provincies Novara en Vercelli. Het is in deze laatst vernoemde gebieden dat men bij hoog en bij laag beweert dat de Spanna een aparte kloon en dus net als de Nebbiolo een unieke druif is.

 

De vergeten Nebbiolo

En dan is er nog de Picotener. Een naam die je soms opmerkt in Carema boven Turijn of in de Valle d’Aosta, ook zo’n grensgebied met de Piemonte. De Picotener vloeit uit  verschillende subrassen van de Nebbiolo voort, druiven die onderling heel kleine maar relevante genetische verschillen vertonen. 

Zo vind je regelmatig de vermelding “Lampia”, “Michet”, “Bolla” of “Rosé” in combinatie met de naam Nebbiolo - al heeft DNA-onderzoek uitgewezen dat de Rosé zo’n verre neef is dat het als een apart ras dient te worden beschouwd. De Barolo Vigna Elena van Elvio Cogno is er zo eentje.

Wat er ook van zij, de Nebbiolo Picotener is het resultaat van deze verschillende subrassen. De Picotener heeft meer kansen om een streng klimaat zonder kleerscheuren te trotseren. Mede hierdoor geeft hij echter hardere wijnen met minder variatie in smaak. Ook de opbrengst per vierkante meter ligt een pak lager. Mede daardoor is deze bijzondere aanverwant van de Nebbiolo weggedeemsterd.  

Enrico Serafino is de eerste producent die onder de Langhe appellatie een 100% Picotener op de markt brengt. 

Trouw aan de terroir

Niet alleen over de naam, maar ook over de familie van de Nebbiolo hangt dus heel wat mist. Maar wat maakt nu datgene waar geen enkele twijfel over bestaat? De uitmuntende smaak van een Nebbiolo wijn?

We lazen al dat de trage opbouw van suikers een grote impact heeft op de aroma’s van de Nebbiolo. Maar ook de ondergrond speelt een hele grote rol. Precies door die loyaliteit ten opzichte van de terroir, is de Nebbiolo altijd een druif van de regio gebleven. 

Omdat ook het geringste hoogteverschil zich vertaalt in de uiteindelijke smaak van elke fles Nebbiolo, zit je met een fascinerende diversiteit in een en dezelfde streek. Zo leunen de uitstekende wijngaarden uit de Alto Piemonte (de ‘hoge Piemonte’) dichter tegen de Alpenreuzen aan, terwijl de Barolo en Barbaresco de hand uitsteken naar de Ligurische Zee.

Stichter van koningskoppels

De Barolo en Barbaresco zijn uiteindelijk ook de appellaties waaraan de Nebbiolo zijn status van wereldwijde rockster dankt. Beide wijnen hebben een reputatie als een klok en zijn gegeerd op de internationale wijnmarkt. 

Barbaresco wijnen zijn uiteraard afkomstig van het gelijknamige plaatsje. Ook in de naburige gemeenten Neive, Treiso en Alba worden ze met vakkennis en passie gemaakt. En zelfs al is het van hieruit slechts 25 kilometer in vogelvlucht naar de dorpjes waar Barolo ligt te rijpen, verschilt de Barbaresco wezenlijk van zijn beroemde buur.

Voor de ongeduldige fijnproever is Barbaresco een geschenk uit de hemel. Het verplichte rijpingsproces is immers korter dan bij Barolo. De jaargangen komen dus sneller op de markt. Vaak zijn Barbaresco wijnen ook meer toegankelijk van smaak. Dat wil zeggen: iets zoeter en zachter, met milde tannines en meer speelse aroma’s.

Voor Barolo moet je via de A33 naar het zuidwesten rijden - als je op de gaspedaal zou blijven drukken, kom je uiteindelijk in … Nice terecht. Zie je de namen van dorpjes als La Morra, Castiglione Falletto, Serralunga d’Alba en Monforte d’Alba opduiken? Parkeer je auto en ga gerust proeven, want je bent in het epicentrum van de Barolo. 

Zoals gezegd is deze legendarische wijn vaak steviger dan de Barbaresco, soms zelfs bonkig daar waar de bodem arm is aan voedingsstoffen. Maar neem dat vooral niet als uitgangspunt. De variatie is eindeloos. Elke wijnmaker heeft hier zijn of haar visie op de behandeling van de wijngaard en de vinificatie. 

Sowieso rijpt Barolo verplicht 38 maanden verder, waarvan 18 op hout - vaak Sloveense Eik. Het bewaarpotentieel is gigantisch. Reken erop dat een Barolo vaak pas op het toppunt van zijn kunnen is na 10 jaar - min of meer hetzelfde geldt voor Barbaresco wijn.

Men zegt van Barolo vaak dat het de koning der wijnen en de wijn der koningen is. Barbaresco wordt dan weer de queen of winesgenoemd. Allebei volbloed Nebbiolo wijnen. En allebei wijnen waar je eindeloos kan van proeven, bewaren, verzamelen, genieten. 

Je eerste stap? Contact opnemen met specialist Vintology. Je kan bij ons terecht voor advies, tastings, bestellingen en import. Want wij behandelen dit koningskoppel van Nebbiolo keizerlijk. 

 

Bronnen & nuttige links:

www.statista.com

www.walterspeller.com

www.enricoserafino.it

Vinous, American Journal of Enology and Viticulture, IWC